Plompverloren ligt walvis op een rots.
Ver weg, diep in het bos.
?
Met een stem, zo dun als papier, snippert ze:
‘het noorden kwijt…, de zee…, alles, … iedereen weg.
Foetsie… foetsie… foetsie… verdwaald!
Ik ben he-le-maal verdwaald!’
?
Grislune, een wilde kat die dit hoort, legt haar staart over de walvissenbuik, en terwijl ze walvis streelt, zegt ze:
‘Walvisje-lief, ik ga jou helpen!’